- Achter de cijfers
- Posts
- Martin Visser - Editie #27: over een nieuwe schuldencrisis, Hollandse ceo's die zo lekker Hollands zijn en Rotterdam
Martin Visser - Editie #27: over een nieuwe schuldencrisis, Hollandse ceo's die zo lekker Hollands zijn en Rotterdam
ING haalde bakzeil, Unilever koos voor Rotterdam. Er was zeer uiteenlopend bedrijvennieuws deze week. En dan kwamen twee oud-toezichthouders ook nog eens met een somber verhaal over een sluimerende crisis. Veel leesplezier weer deze week. Likes en reacties worden zeer op prijs gesteld!
Crisis? What crisis?
OP WOENSDAG 14 MAART 2008 moest de Amerikaanse zakenbank Bear Stearns worden gered door de Federal Reserve en concurrent JP Morgan. De val van de bank was een belangrijke schakel in een kettingreactie die uitmondde in een mondiale bankencrisis. Eerder al bezweek het Britse Northern Rock. Een half jaar later ging Lehman Brothers failliet.
De tiende verjaardag van de redding van Bear Stearns was een mooie gelegenheid om eens te bellen met de twee mensen die destijds in Nederland financieel toezichthouder waren: Hans Hoogervorst, destijds voorzitter van de Autoriteit Financiële Markten (AFM), en Nout Wellink, destijds president van De Nederlandsche Bank (DNB).
Het werden twee levendige telefoongesprekken. Ze duurden niet al te lang, maar de analyses van beide heren waren behoorlijk eensluidend. Daarom was het al te ingewikkeld om op basis daarvan een stevig getoonzet verhaal te maken. 'Nieuwe crisis ligt op de loer', luidde de alarmerende kop op de voorpagina. Het werd een van de beter gelezen online-stukken van deze week.
Wellink was wat weloverwogener, Hoogervorst sprak ronduit zijn zorgen uit. Maar allebei wezen op de risico's die er nog altijd zijn in ons financiële systeem. Wellink was zo eerlijk om toe te geven dat de toezichthouders destijds de gevaren hebben onderschat:
"Het opmerkelijke was dat centrale banken dachten dat we het nog wel konden hebben, zelfs na het faillissement van Lehman Brothers in september 2008. ECB-president Trichet zei toen vaak in vergaderingen dat we dansten op de vulkaan. We dachten dat de economie een klap zou krijgen, maar dat die er vervolgens weer doorheen zouden komen.”
Net zo goed als toezichthouders toen niet exact konden weten waar de risico's zaten en hoe groot ze waren, kunnen ze dat nu ook niet, zo betoogde Wellink. Juist daarom is het zo essentieel dat er een stevige dijkbewaking is. En de bankbuffers die van de Europese Unie 3% moeten zijn (eigen vermogen gedeeld door balanstotaal) vormen niet die gewenste dijken.
Nederland stelde onder Rutte-2 als eis dat de eigen banken een buffer van 4% zouden aanhouden. Daarbij zou het kabinet zich in Brussel hard maken voor deze extra hoge eis in de hoop dat de andere lidstaten zouden volgen. Rutte-3 komt hiervan terug. In het regeerakkoord staat dat Nederland ook teruggaat naar 3%:
"Goed gekapitaliseerde banken zijn cruciaal voor de kredietverlening. Zodra de zwaardere eisen van Basel IV van kracht worden, wordt de eis voor de leverage ratio in overeenstemming gebracht met de Europese eisen."
Wellink en Hoogervorst spreken hier unisono hun afkeuring over uit.
Het unheimische gevoel van beide ex-toezichthouders wordt met name veroorzaakt door de extreme schuldopbouw die nog altijd plaatsvindt over de hele wereld. Oplopende schulden wijzen op grote onevenwichtigheden en zijn vaker een voorbode geweest voor crises. Als de les van de crisis was dat veel economieën zich te diep in de schulden staken (aangejaagd door lage rentes) dan is het onbegrijpelijk dat diezelfde economieën nog altijd hoge schulden maken (aangejaagd door nog lagere rentes).
In oktober bracht het Internationaal Monetair Fonds (IMF) dat nog maar weer eens in kaart in het Global Financial Stability Report. Je ziet in bovenstaande grafiek dat in bijna alle grote ontwikkelde economieën de schuld opgelopen is. Duitsland is een uitzondering. In het ene land gaat het vooral om overheidsschuld, in het andere zit het bij de consument en in weer een andere bij de bedrijven. Maar de rode lijn is duidelijk: schulden lopen overal ter wereld op tot historische hoogtes.
Natuurlijk is er sinds de crisis wel iets gebeurd. Er kwam strenger toezicht, de buffereisen voor banken zijn aangescherpt, de bonussen werden aan banden gelegd. Maar een wezenlijke verandering van het financieel systeem kwam er niet. De mechanismen bleven hetzelfde. Juist dat brengt Wellink en Hoogervorst tot de conclusie dat dit onvermijdelijk weer een keer fout moet gaan. Alleen weet niemand wanneer.
Lees het artikel over 10 jaar na Bear Stearns hier (Telegraaf) en hier (Blendle). Mijn column staat hier (Telegraaf) en hier (Blendle). Luister interview met Nout Wellink op Radio 1 hier terug.
Rotterdam
EINDELIJK. UNILEVER HEEFT ER maanden over nagedacht en heeft nu eindelijk gekozen. Het concern had twee hoofdkantoren en wilde er nog maar eentje. Werd het Londen of Rotterdam? Na lang piekeren werd het Rotterdam. Redenering?
"Het Nederlandse deel van het bedrijf is simpelweg groter, namelijk 55 tegen 45 procent. Ook wordt er meer gehandeld in Nederlandse aandelen. Het is daardoor duidelijk dat de aandeelhouders een voorkeur hebben voor de Nederlandse NV."
Aldus Graeme Pitkethly, de financieel topman van Unilever, deze week in een telefonisch interview met mijn collega's Edwin van der Schoot en Gert van Harskamp. Als dat de basis is voor de beslissing, dan had Unilever natuurlijk al veel eerder kunnen kiezen. Maar dat is natuurlijk flauwekul. Unilever heeft zorgvuldig alle vestigingsfactoren van het Verenigd Koninkrijk en Nederland tegen elkaar afgewogen en heeft daarbij de politieke gevoeligheden ook nog meegewogen.
De uitkomst is dat dan Nederlandse wetgeving Unilever meer bescherming biedt bij pogingen tot vijandige overnames. De verplaatsing van het hoofdkantoor is vooral een juridische beslissing. Dat blijkt ook wel uit de materiële kant van het verhaal. Ondanks het gejuich van het Nederlandse kabinet en het gesomber aan Britse zijde verandert er verder eigenlijk niks, zo staat in het persbericht:
"Unilever’s employment of 7,300 people in the UK and 3,100 people in the Netherlands will be unaffected by the changes announced today."
De drie beursnoteringen blijven overeind, er wordt niet met kantoren of andere vestigingen geschoven, de belastinginkomsten in de landen verandert niet, Nederland krijgt er geen banen bij - in het beste geval enkele tientallen.
Much ado about nothing, zou je denken. Dan is er nog wel het psychologische effect. De Britten balen stevig dat een echt Britse bedrijf straks geen Brits bedrijf meer is. Premier Mark Rutte is andersom heel blij dat dit echte Nederlandse bedrijf echt Nederlands blijft. Nederland heeft maar een paar echt grote multinationals binnen de landsgrenzen. In het Brexit-gewoel zou het voor Rutte een blamage zijn geweest als Nederland uitgerekend aan de Britten een bedrijf waren kwijt geweest.
Waar is de dividendbelasting in dit hele verhaal? Die factor is er niet. Alleen wil Unilever dat niet al te expliciet toegeven, anders wordt het verhaal van Rutte zo lastig vol te houden. Die dividendbelasting moest worden afgeschaft om ons land aantrekkelijker te maken voor internationale bedrijven die ladingen banen mee zouden brengen.
Unilever was het meest concrete geval dat die afschaffing van de dividendbelasting ging meewegen. Het stond immers met één been in een land dat geen dividendbelasting heeft en één been in een land dat die belasting nog wel heeft. Afschaffing ervan zou het beslissende zetje kunnen geven.
Ceo Paul Polman wilde nog wel voorzichtig suggereren dat dit plan van het kabinet geholpen heeft bij de beslissing. Maar erg overtuigend was het allemaal niet. Hij zal vanwege zijn persoonlijke contacten met Rutte niet te veel olie op het vuur hebben willen gooien.
Zijn financiële bestuurder was echter heel erg duidelijk: die dividendbelasting speelde geen rol van betekenis:
"Het is slechts 0,6% van de waarde van het aandeel, terwijl een normale koersschommeling al op zo’n 1 à 2% per dag ligt. Daarnaast betalen Amerikaanse aandeelhouders toch al geen dividendbelasting, want die kunnen de belasting in de Verenigde Staten aftrekken. Wij hebben 88 jaar een bepaalde structuur gehad, en maken nu ene keus voor wellicht wederom 88 jaar.”
Nu snap ik ook wel dat Unilever niet van de daken gaat schreeuwen dat de dividendbelasting alles bepalend was. Dat zou de lobbysucces van het grootbedrijf richting Rutte wel weer erg nadrukkelijk maken. Daarom had ik eerder het eromheengedraai van Polman verwacht. Maar de openheid van zijn financiële topbestuurder viel op. Die gebruikte exact dezelfde argumenten als de economen gebruikten die tegen afschaffing van de dividendbelasting zijn.
Daarmee ligt de politieke vraag weer levensgroot op tafel: is de €1,4 miljard die ermee gemoeid is niet beter te besteden?
Hollandse ceo's
EERST ZOU ING-TOPMAN Ralph Hamers er een miljoen bijkrijgen. En toen weer niet. Allemaal vanwege 'de onrust die is ontstaan'. Sinds de man van drie miljoen is de topbeloningen-discussie weer helemaal terug van eigenlijk nooit weggeweest.
En het is echt niet alleen de FNV die vindt dat er een zekere balans moet zijn tussen de laagstbetaalden in een bedrijf en de hoogstbetaalde. Ook Eumedion, de club van grote beleggers (zoals pensioenfondsen), deed een duit in het zakje:
"Wanneer de kloof tussen arm en rijk te groot wordt, komt ook de samenleving onder druk te staan. Dat krijgen pensioenfondsen ook te horen."
In een artikel van collega Joris Polman stelde Eumedion-voorman Rients Abma dat het beloningsbeleid weer strikter moet en dat er een veel bredere steun van aandeelhouders moet zijn voor salarisverhogingen. Niet 51% ja-stemmen op de aandeelhoudersvergadering zou genoeg moeten zijn, maar liever zo'n 75 tot 80%.
Het argument van de raden van commissarissen is steeds dat de beloning 'marktconform' moet zijn. Eerst een terzijde. Onderzoeker Bert Tieben van SEO Economisch Onderzoek schreef een interessant stuk in het FD over wat 'marktconform' eigenlijk zou moeten betekenen. Marktwerking is door economen een soort waardenvrij begrip geworden, betoogt hij. Vraag en aanbod bepalen de prijs. Daar kun je iets van vinden, maar het is gewoon zo. Fout, stelt Tieben:
"Marktwerking is nooit neutraal. In experimenten blijkt dat mensen rechtvaardigheid stellen boven economisch gewin. We laten graag een voordeeltje schieten als we vinden dat de winst van een transactie ongelijk verdeeld is. Niks calculerende consument. In de marktarena regeert nog altijd de dominee."
Hij pleit er dan ook voor om andere elementen te betrekken in de discussies. Zoals emotie, gevoel van rechtvaardigheid enzovoort. Volgens hem moet je dan niet net doen alsof dit oneigenlijke argumenten zijn die haaks staan op het begrip 'marktconform'.
Volgens commissarissen moeten ceo's rijkelijk worden beloond omdat ze anders naar buitenlanden vertrekken. We moeten dus wel meedoen in de race to the top. Maar bestaat die internationale ceo-arbeidsmarkt eigenlijk wel? Ik zocht het uit en wat blijkt? Die arbeidsmarkt is zo goed als non-existent.
Ik keek naar twee dingen: 1 hoeveel Nederlandse voorgangers van de huidige ceo's van AEX-bedrijven werken nu het een buitenlandse raad van bestuur? en 2 hoeveel Nederlanders zitten er in de raden van bestuur van buitenlandse Euro Stoxx 50-bedrijven (waar ING zich aan spiegelt)?
Antwoord op 1: 0.Antwoord op 2: 1.
Tot zover de hevige ceo-concurrentie. Natuurlijk zijn er wel voorbeelden van Nederlanders die het ver schopten. Ben Verwaayen was topman bij British Telecom en Marc Bolland bij Marks & Spencer. Recentere voorbeelden zijn Marijn Dekkers, die tot voor kort ceo van Bayer was en Kees 't Hart zit nog aan de top bij Carlsberg. Maar heel erg veel gevallen zijn er niet.
Bij het doorploegen van al die raden van bestuur van de grootste Europese beursfondsen viel me nog op hoe nationaal die georiënteerd zijn. Een Spaanse bank heeft een Spaanse ceo, een Franse verzekeraar een Franse ceo, een Duitse concern een Duitse ceo. Het lijkt wel iets te veranderen, maar het risico dat 'onze' ceo's massaal worden weggekocht is erg klein.
Daarbij komt dat beloning maar een beperkte drijfveer is. Professor Xavier Baeten deed er onderzoek naar. En hij vond vier factoren die van belang zijn voor topbestuurders:
Uitdaging in de job
Het gevoel om vooruit te komen in de job en met het bedrijf
De trots om voor het bedrijf te werken
De ethische waarden van het bedrijf
En het salaris dan?
"De financiële beloning is absoluut ondergeschikt. Dus het houdt eigenlijk geen steek om te zeggen dat je meer dan de markt moet betalen om de beste topbestuurders aan te trekken. Het is echter wel zo dat rond financiële beloning een sterk rechtvaardigheidsgevoel speelt. Met andere woorden: de topbestuurders moeten het gevoel hebben dat ze marktconform worden beloond. En dat is natuurlijk waar bijvoorbeeld bij ING het schoentje klemt. Als je het salaris van dhr. Hamers vergelijkt met andere ceo's, dan verdient hij minder (mediaan in de AEX is €3.000.000). Dus hij zou zich te weinig betaald kunnen voelen, wat natuurlijk niet aangenaam is. Maar daar tegenover staat het ganse maatschappelijk debat en de publieke opinie, die die 2 miljoen die hij verdient, op een andere manier bekijkt."
Reply