- Achter de cijfers
- Posts
- Martin Visser - Editie #24: over een ondoordringbare EU-begroting, mens vs machine en een snurkende SER
Martin Visser - Editie #24: over een ondoordringbare EU-begroting, mens vs machine en een snurkende SER
Premier Mark Rutte heeft het moeilijk in Europa. Hij wil thuis beloven dat er geen cent bijgaat, maar vindt in de EU amper bondgenoten. Hoeveel geld betaalt Nederland eigenlijk aan de EU? En waarom staat Frans Timmermans niet aan onze kant? Verder een kijktip, een song van de week en we maken slapende SER-snurkers wakker. Liken en reageren wordt zeer op prijs gesteld!
Geld terug! Welk geld?
HET WERK VAN JOURNALISTEN is om iets geduldig uit te zoeken, de uitkomsten te presenteren en de lezers verder niet lastig te vallen met die zoektocht. Het is niet interessant om te weten hoe lang ik in Statline heb moeten graven om cijfers over flexwerk boven tafel te krijgen of hoeveel nieuwsberichten ik heb moeten doorploegen om een totaaloverzicht van de tekorten aan arbeidskrachten te krijgen.
Maar die Europese begroting? Goeiemorgen, mag ik daar even over klagen? Wat een ondoorzichtige kluwen aan informatie is dat zeg! Collega Ruud Mikkers pakte er deze week groot mee uit in onze krant. En hij was meer tijd kwijt met de graphic dan met het artikel zelf. Ik ging deze week aan de slag voor een uitlegvideo en raakte ook totaal verstrikt in de betalingsverplichtingen, netto-bijdrages, naheffingen, kortingen, definitiekwesties en nog veel meer dat ik allemaal eigenlijk niet wilde weten.
Uit mijn tijd in Brussel wist ik nog dat Nederland en de Europese Commissie voortdurend in de clinch lagen over de omvang van onze netto-betalingspositie. Lidstaten hebben drie soorten afdrachten: invoerheffingen ('traditionele eigen middelen' genoemd), een deel van de btw-inkomsten en een directe financiële bijdrage dat een percentage is van het bruto nationaal inkomen.
Volgens de Commissie tellen die invoerheffing niet mee, want dat zijn import- en exportheffingen die aan de grens van de EU worden geïnd. Dat Nederland daar veel van heeft vanwege de Rotterdamse haven is volgens Brussel geen Nederlandse bijdrage. Het is immers de Europese buitengrens, niet specifiek de Nederlandse. Nederland was het hier altijd mee oneens. (Waarom noem je het anders in hemelsnaam 'traditionele eigen middelen'?)
Je krijgt dan het volgende plaatje dat ik vond bij de zeer informatieve website europa-nu.nl:
De ellende begint er al mee dat dit staatje helemaal niet optelt tot de €7,5 miljard die eronder staat. Dat was het begin van een ingewikkelde uitzoekklus. Inmiddels weet ik dat Nederland de strijdbijl heeft begraven en keurig de berekeningen van de Europese Commissie volgt. Geen onenigheid over de 'traditionele eigen middelen' meer. Dan wordt het leven al een stuk eenvoudiger.
DG Budget van de Europese Commissie heeft een interactieve kaart waarmee je zelf de afdrachten van lidstaten en subsidies aan lidstaten kunt bekijken. Dan kom je erachter dat Nederland in 2016 netto €2071,5 miljoen aan de EU betaalde.
Daar worden dan ook weer prachtige Excel-bestandjes bij geleverd, met de afdrachten en subsidies per land per jaar. Tegenover €2289 miljoen aan subsidies voor Nederland stonden de volgende afdrachten:
Duidelijk toch?
Nee? Nou, voor mij ook niet. De eerste helft is wat volgens de Commissie onze afdracht is, de tweede helft die vermaledijde 'traditionele eigen middelen' die we niet mogen meetellen. Maar wat doet die post van minus €1798,8 miljoen op die vierde regel? Die drukt onze afdrachten in 2016 enorm. Er blijft amper een netto-betalingspositie meer over.
Na een telefonische reis langs onze Permanente Vertegenwoordiging in Brussel en het ministerie van Financiën kwam uiteindelijk het verlossende antwoord uit Den Haag:
"Het Eigen Middelenbesluit, met daarin de kortingen op de afdrachten, is pas eind 2016 geratificeerd. Voorafgaand aan ratificatie ontving Nederland – en de andere lidstaten met een korting – geen korting. Pas na ratificatie werden de kortingen verrekend met de jaarlijkse afdrachten. Let wel: met terugwerkende kracht. Nederland ontving zodoende eenmalig een verrekening voor de destijds niet ontvangen kortingen over de jaren 2014-2015. Die eenmalige verrekening is opgenomen op de regel waar jij naar verwijst."
Zo werkt Europa dus. Besluiten gaan traag en zo ontstaat een kluwen aan nabetalingen en naheffingen waardoor een gewone sterveling de draad volledig kwijt raakt. Gelukkig publiceert de Commissie ook een tabel waarin die korting die met terugwerkende kracht is toegekend keurig is toebedeeld aan het jaar waarvoor het was bedoeld (bent u daar nog?).
Dan ziet het plaatje voor Nederland er zo uit:
Tegenover €2289 miljoen aan subsidies (had ik al gezegd dat sommige subsidies via Nederland lopen en andere rechtstreeks naar boeren gaan waardoor de overzichten van Nederland en Brussel ook uiteen lopen?) staan dan €4343,4 miljoen aan afdrachten. Netto is dat dus €2054,4 miljoen.
Aaaaarrrrggghhhh!
Maar dat is niet de netto-betalingspositie die de Commissie hanteert. Die trekt ook die bedragen van elkaar af en komt dan op een netto-betalingspositie van €2071,5 miljoen. En in 2015 was dat €2663 miljoen en in 2014 nog €3708 miljoen. Hier ben ik gestopt met verder zoeken. Ik heb me overgegeven, de Commissie heeft gewonnen.
Gelukkig kreeg collega Ruud Mikkers nog een zeer handig overzichtje in handen. Daarin zijn de netto-posities van alle 28 lidstaten van drie jaren gemiddeld (want die fluctueren dus nogal) en gedeeld door het aantal inwoners. Dat geeft uiteindelijk een mooi beeld van de betalers en ontvangers in Europa. Het is dan ook dit staatje dat we in de krant gebruikten:
De uitlegvideo is er gekomen. Daarin leg ik uit waarom het zo moeilijk is om tot overeenstemming te komen over een meerjarenbegroting. En ik meld dat de netto-bijdrage van de Britten van €5,5 miljard wegvalt. De video stond nog niet online of ik kreeg al een bericht dat de Britten veel meer dan dat bedrag netto betalen. En ja hoor, in 2016 was het inderdaad €5,5 miljard. Maar in 2015 was het bijvoorbeeld €11,7 miljard. Dat is toch om gek van te worden?
Wat heb ik eran?
VAN FRANS TIMMERMANS MOET premier Mark Rutte aan de Nederlanders uitleggen dat we best een beetje meer kunnen betalen voor de Europese Unie. Onze man in Brussel gaat niet aan zijn baas Jean-Claude Juncker uitleggen dat wij in Nederland vinden dat hij een beetje doorslaat. Nee, Rutte moet de vergezichten van Juncker maar in Nederland zien te verkopen.
Daarbij gebruikte Timmermans het volgende argument:
"Ik denk dat Nederlanders nuchter genoeg zijn om gewoon heel zakelijk te kijken: wat heb ik eran."
Dat is nou precies het argument waarvan diezelfde Timmermans in een eerder leven zei dat dat mensen niet overtuigt. Schermen met rekensommetjes heeft totaal geen zin. Mensen gaan niet ineens van de EU houden omdat die ons zogenaamd een maandsalaris oplevert, betoogde Timmermans in 2013. (Zie vanaf 10.48.)
Je kunt ook niet stellen dat voor de prijs van een nettobijdrage van €167 per Nederlander per jaar de EU ons vervolgens jaarlijks een maandsalaris van €1500 tot 2200 oplevert. Als die berekening van het Centraal Planbureau al klopt, is dat appels met peren vergelijken. De winst is van de interne markt en daar wordt die €167 niet per se aan besteedt. Dat geld gaat vooral naar allerlei subsidies, de interne markt bestaat uit geharmoniseerde wetgeving en open grenzen.
Zit Timmermans niet in Brussel voor een andere taak dan Rutte terechtwijzen? Lees hier nog eens terug wat Rutte zei in 2014 over de benoeming van Timmermans tot onze nieuwe eurocommissaris:
Rutte is erg blij met de ,,belangrijke positie'' voor Timmermans in de Europese Commissie. Timmermans gaat zich bezighouden met de ,,modernisering waar Nederland al jaren voor pleit, en met succes'', aldus Rutte. ,,Dat leidt nu tot de benoeming van een speciaal daarvoor benoemde eerste vicepresident, zoals enkele jaren geleden op initiatief van Nederland ook al een supercommissaris voor begrotingszaken is benoemd.'' Volgens de premier zijn er weinig mensen die zoveel kennis van Europa hebben als Frans Timmermans. ,,Daarom is hij de aangewezen man om Europa van binnenuit te veranderen. Om scherp te bekijken welke taken echt in Brussel moeten gebeuren en welke bij de lidstaten thuishoren. Maar ook om de Europese samenwerking effectiever en Europa concurrerender te maken.''
Is hier veel van terechtgekomen? Ik vrees van niet.
(Lees hier mijn column.)
Mens vs machine
IN EEN NIEUWSBRIEF VERWACHT je nieuws. Dat is dit eigenlijk niet. Maar ik keek deze week de documentaire Alphago op Netflex en ik vind het toch de moeite waard deze film hier te tippen. Deze docu is van september 2017 en volgt de strijd tussen mens en machine.
Deeplink (van Google) ontwikkelde een Kunstmatige Intelligentie die het eeuwenoude spel Go kan spelen. Dat spel is zo complex - vele malen ingewikkelder dan schaken - dat lange tijd werd gedacht dat de mens dat altijd zou winnen. Schaken kan een computer winnen op rekenkracht, Go kent te veel spelcombinaties om door te rekenen. In de documentaire vallen dan ook termen als intuïtie en creativiteit. Heeft een machine die?
Het interessante van de film is dat niet in eerste instantie de stand van de Kunstmatige Intelligentie of het spel Go onderwerp zijn, maar de relatie tussen mens en machine. In de film volg je de wedstrijd tussen de Zuid-Koreaanse wereldkampioen Go en de Deeplink-computer op de voet. Aanvankelijk kan die wereldkampioen zich niet voorstellen dat hij van een computer kan verliezen, maar het loopt anders. Hoe hij en alle andere mensen daarop reageren is fascinerend. Knap ook van de makers dat ze er een spannende en in zekere zin emotionele film van hebben weten te maken.
Ondertussen bij de SER
SSSTTTT... HOOR JE DAT? Dat snurkgeluid komt uit het SER-gebouw. In de Sociaal-Economische Raad zijn ze nu al vier jaar aan het onderhandelen. Jaja... Over ons pensioenstelsel. Zouden ze vanwege de saaiheid soms in slaap zijn gevallen?
In april 2014 ging er een adviesaanvraag van toenmalig staatssecretaris Jetta Klijnsma van Sociale Zaken richting dit polderorgaan. En sindsdien is het oorverdovend stil. En dan te bedenken dat werkgevers, vakbonden en kroonleden allang een concept op tafel hebben liggen. Er moet een individueel pensioen komen met een zekere mate van collectieve risicodeling.
Al bijna een jaar lang laat de SER de pensioenfondsen doorrekeningen maken. 10 à 15 fondsen zijn al die tijd druk met technische details. Hier een knop om aan te draaien, daar een randvoorwaarde die kan worden bijgesteld. De onderhandelaars in de SER laten zich overvoeren met cijfers. Elke extra berekening lijkt voor vakbond FNV een reden om te blijven twijfelen.
De FNV is natuurlijk doodsbenauwd dat het misgaat met de ledenraadpleging. Onder voorzitter Agnes Jongerius is de FNV bijna ten onder gegaan aan het pensioen. Toen mocht Ton Heerts puin ruimen en de verdeelde vakbonden fuseren. Nu heeft opvolger Han Busker een gefuseerde vakbond, maar zit hij met een machtig ledenparlement opgezadeld.
En minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken maar wachten.
Ondertussen dreigt het politieke momentum te vervliegen. Elke maand verbeteren de dekkingsgraden van de fondsen een heel klein beetje. Elke maand lijkt daarmee de pensioencrisis een heel klein beetje minder. Maar dat is schijn. Zoals het nu gaat, mogen de grote fondsen de komende jaren nog altijd niet indexeren. Daarmee wordt het pensioengat steeds groter en groter.
Terwijl uit de SER vooral snurkgeluiden opklinken, zitten de pensioenrovers niet stil. Henk Krol van 50Plus blijft campagne voeren voor een hogere rekenrente. Daarmee wil hij in één klap de financiële malaise van de pensioenfondsen wegmoffelen. Lang leve de oudjes, de jongeren zoeken het maar uit. Na Henk Krol de zondvloed. Het treurige is dat dit standpunt serieuze navolgers krijgt.
Nota bene twee oud-topmannen van pensioenfonds ABP vinden ook dat de rekenrente omhoog moet. Nu zijn die regels zeer streng omdat pensioenfondsen een pensioen garanderen. Dat kan alleen als er risicovrij wordt belegd. En die risicovrije rente is nu eenmaal extreem laag. Maar de ABP'ers stellen dat het pensioen helemaal niet gegarandeerd is, dat bleek wel de afgelopen jaren. En dus hoeft er minder streng gerekend te worden.
Deze creativiteit is bewonderenswaardig. Het is immers een totale omkering van de redenering. We hadden een pensioengarantie. Daarvoor zijn conservatieve rekenregels nodig. In de crisis bleken die zelfs niet conservatief genoeg, pensioenfondsen zakten door het ijs. Indexaties bleven uit, in sommige gevallen werd gekort. De pensioengarantie bleek een wassen neus. En dat is nu reden om voortaan maar wat riskanter te gaan rekenen.
Je verwacht het niet...
Gelukkig was daar Mathijs Bouman die in zijn FD-column korte metten maakte met deze redenering:
"Het is een knap staaltje redeneerkunst. Maar met retorica komt er natuurlijk geen cent extra in de pensioenpotten. Een hogere rekenrente betekent: nu geld uitkeren in de hoop op rendement later. Als ik een jonge, premiebetalende werknemer was, zou ik me zorgen maken."
Lees de reconstructie die Lise Witteman en ik maakten van de snurkoperatie in de SER hier (Telegraaf) en hier (Blendle).
Reply