- Achter de cijfers
- Posts
- Achter de cijfers - Editie #74: over Wopkes pot met geld, zinzoekende bedrijven en Boris' grensprobleempje
Achter de cijfers - Editie #74: over Wopkes pot met geld, zinzoekende bedrijven en Boris' grensprobleempje
Achter de cijfers is terug van de zomervakantie. De komkommertijd ligt alweer ver achter ons, er is meer dan voldoende politiek-economisch nieuws: koopkrachtimpulsen, pensioenproblemen, Brexit-sores, Italiaanse wantoestanden en recessieangst. De stemming zit er weer goed in, zeg maar. Deze week zet ik het investeringsplan van Wopke Hoekstra in het zonnetje, kijk ik naar de zin van bedrijven en schrijf ik over Boris' Brexit-puzzel. Veel leesplezier!
Pot geld
Minister Wopke Hoekstra van Financiën heeft zijn pot met goud gevonden. Op advies van talloze economen wil hij geld gaan lenen voor grootschalige investeringen. Alle coalitiepartijen lijken enthousiast.
Alles lijkt nu samen te komen. Het kabinet wil graag laten zien dat het na het sluiten van een pensioenakkoord en een klimaatakkoord zeker nog niet uitgeregeerd is. De economie slaat om. En de rente is negatief. Een ideaal moment om met een ambitieus investeringsplan te komen.
Via De Telegraaf lekte deze week uit dat Wopke Hoekstra en de rest van de coalitie zo'n plan in de maak heeft. Het zou de grote verrassing van Prinsjesdag moeten worden. Het werd de grote verrassing van een paar weken voor Prinsjesdag.
Omdat voor de overheid geld lenen geld oplevert, is dit een logisch moment:
Op 10-jarige staatsleningen is de negatieve rente circa 0,5% en zelfs de 30-jarige leningen hadden deze week een negatieve rente. Het is een internationaal fenomeen. Ook Duitsland leent tegen negatieve rentes, maar ook niet-eurolanden als Zwitserland en Denemarken hebben met de noviteit te maken.
Als Hoekstra tegen deze condities geld ophaalt, welke investering is dan níet rendabel? Reden voor tal van economen om al langere tijd te pleiten voor zo'n initiatief. Ook als zou de rente licht positief zijn, dan nog vinden veel van die experts dat er een taak voor overheden licht om te investeren. Bedrijven doen dat mondjesmaat, veel overheden zouden in dat gat moeten springen.
Dit is toch een belangrijke en toe te juichen ommezwaai in het macro-economische denken in Nederland na meer dan 10 jaar begrotingsfetisj:
— Bas Jacobs (@_basjacobs)
6:44 AM • Aug 22, 2019
Pot geld (2)
Dat het kabinet serieus overweegt een investeringsfonds te beginnen tekent de trendbreuk in het denken over overheidsfinanciën.
In Den Haag wordt gesteld dat er zeker tientallen miljarden euro's in dat investeringsfonds moeten zitten. Anders heeft het weinig zin. Er moeten infrastructuurprojecten, wetenschappelijk onderzoek en projecten rond kunstmatige intelligentie van worden gefinancierd. Een groots gebaar is nodig.
Dergelijke uitgaven zijn voor de overheid niet zozeer nieuw. Wel radicaal anders is de bereidheid hier speciaal geld voor te gaan lenen. Minister Hoekstra gaat dan de markt op om de investeringspot te vullen, mogelijk met wel €50 miljard. Daarmee laat hij de staatsschuld bewust oplopen. Het slimme is dat dit rechtstreeks de schuld inloopt, zodat het begrotingssaldo onaangetast blijft en er speling genoeg is om economische tegenvallers op de begroting op te vangen.
Wat dit voor de staatsschuld zou betekenen heb ik met onderstaande plaatje in beeld gebracht:
Voor het gemak veronderstel ik dat Hoekstra in één jaar die volledige €50 miljard leent. Heel waarschijnlijk is dat niet, want dan zou het op te halen bedrag uit de markt meer dan verdubbelen (lees in dit artikel van Dorinde Meuzelaar hoe dit in de praktijk werkt).
Maar het grafiekje geeft wel een idee van de impact. Volgens de jongste raming van het Centraal Planbureau zou de Nederlandse staatsschuld op 47,4% uitkomen. Laag, maar nog niet onder het niveau van voor de crisis. Een investeringspot van €50 mrd is circa 6,25% van het bbp en daarmee stijgt de staatsschuld naar 53,65%. Geen man overboord, lijkt me.
Ook richting Brussel heeft Nederland een prima verhaal. Tegen investeringen kijkt de Europese Commissie heel anders aan dan tegen normale overheidsuitgaven. Investeringen zijn eenmalig en leveren een economisch rendement op. De stevige opstelling van Nederland tegen begrotingszondaars in Europa heeft weinig geholpen, Brussel was steeds zeer coulant. Waarom dan niet zelf gebruikmaken van die losse houding?
Het past precies in de politieke wind die er al een tijdje waait. Brussel moedigt investeringen aan. En ook IMF-baas Christine Lagarde juicht het toe als landen als Nederland en Duitsland veel meer de Europese economie zouden stimuleren. Dat betoog zal ze ongetwijfeld voortzetten als ze straks president van de Europese Centrale Bank is.
Eén gevaar bedreigt dit plan. Dat straks alle leuke dingen voor de mensen het label 'investering' krijgen. Daar heeft Den Haag nogal een handje van, zo constateert ook werkgeversvoorman Hans de Boer:
"We hadden vroeger het FES, het Fonds Economische Structuurversterking. Dat is met soortgelijke bedoelingen begonnen. De politiek bleek daar slecht mee te kunnen omgaan. Na verloop van tijd noemde iedereen elke consumptieve uitgave een investering in de samenleving. Het ergste dat je kunt overkomen is dat een niet-econoom alles een investering gaat noemen. Dan wordt het weer niks.”
Zoeken naar zin
Zoeken naar zingeving is niet alleen bezigheid voor filosofisch aangelegde mensen of idealisten. Ook grote bedrijven zoeken zin. Voorzichtig maken ze een draai. Maar is die geloofwaardig?
181 handtekeningen staan er onder een verklaring van de Business Roundtable. 181 ceo's van grote bedrijven, zoals JPMorgan, Amazon, General Motors. En in die verklaring kondigen zij aan dat ze een ommezwaai maken:
"Business Roundtable redefines the purpose of a corporation to promote 'an economy that serves all americans'."
Purpose, te vertalen als zin of doel, is het nieuwe modewoord onder topmanagers in het grote bedrijfsleven. Alle grote internationale media berichtten er deze week over. New York Times kopte: aandeelhouderswaarde is niet langer zaligmakend. FT: Amerikaanse bedrijven danken mantra van aandeelhouder-eerst af.
In de verklaring stellen de grote bedrijven dat het doel, de zin van hun ondernemingen gericht is of vijf soorten belanghebbenden (stakeholders): waarde voor de klant, investeringen in werknemers, eerlijke handel met leveranciers, ondersteunen van de gemeenschap waarin ze opereren en genereren van langetermijnwaarde voor aandeelhouders. Inderdaad, aandeelhouders staan op nummer vijf.
Moeten we deze mooie praatjes serieus nemen? Ik denk het wel. Moeten we die ceo's vanaf vandaag op hun blauwe ogen geloven? Nee, niet per se.
In de Financial Times reageerde bijvoorbeeld Lawrence Summers, econoom en oud-minister van Financiën, terughoudend:
"Ik ben behoedzaam. Ik ben bang dat de retorische omarming door de Roundtable van stakeholders deels een strategie is om noodzakelijke belastinghervorming en regelgeving te voorkomen."
Altijd goed om op je hoede te zijn. Het is echt niet zo dat deze grote bedrijven ineens het licht hebben gezien. Terecht schrijft de New York Times dat de concrete invulling nog ontbreekt en dat er met geen woord wordt gerept over topbeloningen die nog altijd afhankelijk zijn van aandeelhouderswaarde.
Maar dit lacherig afdoen als een praatje voor de vaak zou te gemakkelijk zijn. Goedbedoeld of niet, dit denken over de zin van het bedrijf is wel degelijk een steeds bredere trend. Vorig jaar sprak de Oxford-prof Colin Mayer op het jaarcongres van Eumedion, de club van institutionele beleggers. Mayer is volop bezig met dit zoeken naar zin door grote bedrijven. In een interview zei hij toen:
"De vraag die bedrijfsbestuurders zich moeten stellen, is: waartoe zijn wij op aarde? Vroeger werd de maatschappelijke betekenis van bedrijven onderkend, maar sinds de jaren zestig is de doctrine van winstmaximalisatie en aandeelhouderswaarde opgekomen. (...) De boodschap die ik voor de institutionele beleggers op het Eumedion-congres heb, is dat zij hun verantwoordelijkheid moeten inzien. De winstmaximalisatie moet worden vervangen. Bedrijven zouden winstgevende oplossingen moeten bieden voor de problemen van mensen en van onze planeet, in plaats van problemen creëren voor mensen en voor onze planeet."
Klinkt dit soft? Ongetwijfeld. Maar voor steeds meer bedrijven is dit realiteit. De praktijken van hoge bonussen, massale reorganisaties en verplaatsing van productie naar het buitenland, krachtige lobby's en belastingontwijking hebben het vertrouwen van samenlevingen in bedrijven doen eroderen. Dat ondervond het Nederlandse bedrijfsleven bijvoorbeeld in de dividendbelasting-saga.
Zelfs gigabelegger Larry Fink van Blackrock wees corporate leaders hier tijdens de jaarvergadering van het World Economic Forum in Davos hier op:. Ook volgens hem gaat het niet louter om najagen van zo hoge mogelijke winsten:
"Nu de verdeelheid alsmaar groter wordt, moeten bedrijven blijk geven van hun betrokkenheid bij de landen, regio's en gemeenschappen waar ze actief zijn, met name in kwesties die centraal staan in de toekomstige welvaart van de wereld."
Natuurlijk is dit geen liefdadigheid. Ook deze nieuwe mentaliteit is bedoeld om als bedrijf overeind te blijven en dus winstgevend. Maar een interessante en relevante wending is het wel.
Grensgeval
Premier Boris Johnson speelt het spel hard. De Britten verlaten op 31 oktober de Europese Unie. Goedschiks of kwaadschiks.
Nog even kort over de Brexit. Deze week was de Britse premier Boris Johnson op Europese toernee. Hij ging langs bij bondskanselier Angela Merkel en president Emmanuel Macron. Van beide tripjes werd in sommige Britse media verslag gedaan alsof het ware triomftochten waren. Ik betwijfel dat ten zeerste.
Merkel zou Johnson 30 dagen gegeven hebben om met een alternatief te komen voor de zogeheten backstop, de noodprocedure om de grens tussen Ierland en Noord-Ierland open te houden. Macron zou ruimte laten voor een aanpassing van de Brexit-deal. Ik zie die ruimte niet.
Ik begrijp echt niet hoe Johnson het grensprobleem wil oplossen. Ik begrijp best dat hij bang is dat de Britten in een eindeloze twilight zone terechtkomen. Als er niet snel genoeg een deal is tussen de EU en de Britten over een nieuwe relatie treedt die backstop in werking waarbij de Noord-Ieren in een douane-unie met de EU vormen. Feitelijk ontstaat er dan een grens tussen Noord-Ierland en de rest van het Verenigd Koninkrijk. Uiteraard wil Boris dit niet.
Maar hoe die grensproblematiek dan wel op te lossen? Om de Goede Vrijdag-akkoorden overeind te houden moet de grens tussen Ierland en Noord-Ierland open blijven. Dat is toch ook in het belang van de Britten zelf? Maar die open grens mag geen achterdeur zijn die open staat naar de Europese interne markt als de Britten daar geen deel meer van uitmaken.
Als deze kwestie al niet opgelost kan worden voor de overgangstermijn, hoe denkt Johnson die dat op te lossen in de definitieve overeenkomst tussen de EU en het VK? Die oplossing zie ik niet. Want het probleem is dit: de Britten willen uit de EU en dús een grens instellen tussen het VK en de EU. Maar vanwege de Ierse kwestie mag er geen grens ontstaan tussen Ierland en Noord-Ierland. Hoe moet je tegelijkertijd wél een grens hebben en géén grens? Ik zie het niet.
Song of the week - Wopke komt met miljardenfonds
Kwestie van Centen
Na een korte zomerstop is de podcast van De Financiële Telegraaf weer van start gegaan. Onder een nieuwe naam: Kwestie van Centen. De komende week ontvangen we gasten die vooruitblikken op Prinsjesdag.
Deze week was werkgeversvoorman Hans de Boer te gast. Hij maakt zich druk over de boekhoudersmentaliteit die politiek al jaren beheerst. Hij legde uit dat Nederland steenrijk is, maar dat de overheid ons arm houdt. Prompt werd hij op zijn wenken bediend met een heus investeringsfonds.
Reply