• Achter de cijfers
  • Posts
  • Achter de cijfers - Editie #170: Centrale bank helpt Italië uit de brand. En: is vermogensongelijkheid eigenlijk erg?

Achter de cijfers - Editie #170: Centrale bank helpt Italië uit de brand. En: is vermogensongelijkheid eigenlijk erg?

Goedemorgen. Ik hoop dat je van volkoren boterhammen houdt. Want ik realiseer me dat dit een stevig ontbijt is. Ik heb analyses gemaakt over het rentebesluit van de Europese Centrale Bank en de aankondiging van alweer een nieuw crisisinstrument. Daarnaast ga ik in op de politieke plannen rond de fiscale aanpak van vermogens. Vermogensongelijkheid is een thema in politiek Den Haag, maar is ongelijkheid eigenlijk een probleem?

Ik hoop dat deze hartige hap je toch zal smaken. Als dat zo is, laat het dan ook weten aan familie, vrienden en collega's, want alle nieuwe lezers zijn zeer welkom. Liken en reageren kan uiteraard ook.

Veel leesplezier!

Negatieve rente

In juni 2014 betrad de Europese Centrale Bank (ECB) onbekend territorium. De centrale bank maakte de rente negatief. Niet de formele beleidsrente, maar de depositorente. Dat was een rentetarief waar financiële markten en financieel journalisten zich tot dan toe nauwelijks mee bezig hielden. Dit was het tarief dat de ECB negatief kon maken, het is de vergoeding die banken krijgen als ze tijdelijk overtollig geld stallen in Frankfurt. Die rentevergoeding werd negatief: banken moesten geld gaan toeleggen. In de hoop dat dit geld niet werkloos op de plank zou blijven liggen, maar dat die de economie zouden worden ingepompt.

Of het de bedoelde werking heeft gehad, is zeer de vraag. Wellicht dat het in zuidelijke eurolanden ervoor heeft gezorgd dat rentetarieven laag bleven. Voor spaarzame landen was dit beleid een soort straf. Of de Nederlandse economie deze oppepper van Frankfurt nodig had, betwijfel ik ten zeerste. Maar merkbaar was dit beleid wel.

Vooral in de spaarrentes. Die gingen steeds meer richting de 0%. En voor grote vermogens werden de rentes als eerste negatief. Dat merkten grote partijen als pensioenfondsen die bij hun bank geld moesten toeleggen als ze (tijdelijk) met overtollig kasgeld zaten. Gaandeweg ging de negatieve rente voor steeds meer spaarders gelden, op den duur voor alle bedragen boven een ton.

De gewone spaarder (onder een ton dus) ontsprong de dans. Banken vonden het toch te riskant om ook gewone consumenten met een negatieve rente te confronteren. Dat leidde ertoe dat banken verlies maakten op de spaarrekeningen omdat ze zelf wél moesten betalen aan de ECB.

Dat Nederlanders geen of bijna geen rente meer kregen weerhield ze er niet van driftig door te sparen (zie grafiek). In januari 2014 was het totale Nederlandse spaargeld €332 miljard, inmiddels staat de teller bijna op €420 miljard.

Donderdag maakte de ECB bekend dat de rentetarieven met 0,5 procentpunt omhoog gaan. De formele beleidsrente gaat dan van 0% naar 0,5% en de depositorente van -0,5% naar 0%. Daarmee is de tijd van negatieve ECB-rentes voorbij. Banken zullen nu snel volgen en hun spaarrentes ook weer iets verhogen. Maar ja, je spaargeld verdampt nu evengoed, alleen nu niet door de rente maar door een inflatie van 8-9%. Je spaargeld wordt minder waard waar je bij staat.

Redding

Chaos in Italië. Mario Draghi (ook de vorige president van de Europese Centrale Bank) stapt op als premier en er komen nieuwe verkiezingen. Meteen vertaalde deze politieke crisis in dit zwakke euroland zich in een stijgende rente op de Italiaanse staatsschuld. De rente liep op tot zo'n 3,6%. En toen kwam al de redding van Christine Lagarde (Draghi's opvolger in Frankfurt) en zakte de rente op vrijdag weer terug naar zo'n 3,3%. Een acuut gevaar voor de financierbaarheid van de Italiaanse schuld is weer even geweken.

Er werd al weken over gespeculeerd en donderdag kwam het nieuwe crisisinstrument dan ook echt. Ook Lagarde heeft nu haar eigen bazooka. Destijds begon Jean-Claude Trichet in mei 2010 met het opkopen van Italiaanse, Spaanse, Portugese, Griekse en Ierse staatsobligaties om de markt in de eurocrisis te kalmeren. Toen beloofde opvolger Mario Draghi in juli 2012 dat hij 'whatever it takes' zou doen om de euro te redden. Daaraan werd ook een opkoopprogramma gekoppeld dat vervolgens nooit ingezet hoefde te worden. En nu heeft Lagarde haar crisisplan om te grote renteschokken in zwakke landen tegen te gaan.

Even de verschillende bazooka's op een rij:

1) Aan het begin van de eurocrisis lanceerde de Fransman Trichet het Securities Markets Programme (SMP). Met de regeringsleiders had hij afgesproken dat zij een noodfonds zouden optuigen waarmee eerst Griekenland en daarna andere landen zouden worden geholpen. De ECB zou dan de financiële markten bedwingen door gericht staatsleningen op te kopen. Aan die opkoop zaten geen formele eisen verbonden. Trichet kocht zowel staatsleningen van landen die in een hervormingsprogramma zaten (Griekenland) als van landen waarvoor dat niet gold (Italië). Hij rekende er wel op dat die landen hun best zouden doen hun economieën op orde te brengen zodat beleggers overtuigd zouden worden dat de financiële risico's werden aangepakt. Toen de Italiaanse premier Silvio Berlusconi zijn kont tegen de krib gooide, stopte de ECB met Italiaans papier te kopen. In een berucht geworden fax van Trichet aan Berlusconi werd hem te verstaan gegeven dat hij zich weer moest committeren aan het verstandige economisch beleid. Zo kwam de ECB nadrukkelijk op een politieke stoel te zitten.

2) De Italiaan Draghi wilde dat niet meer. Om de paniek te bezweren beloofde hij in de zomer van 2012 tijdens een speech in Londen dat hij alles zou doen om de euro te redden. Die toespraak maakte zoveel indruk op beleggers dat de paniek definitief bezworen was. Naderhand heeft de ECB zijn woorden omgezet in een concreet plan, de Outright Monetary Transactions (OMT). Het idee was dat de ECB een zwak land alleen zou steunen met aankoop van staatsleningen als dat land zich eerst had gemeld bij het euronoodfonds en zich à la Griekenland had onderworpen aan een hervormingsprogramma. Zo werd de steun van de ECB geconditioneerd zonder dat de ECB zelf in die politieke rol terechtkwam. Overigens had Draghi zijn medebestuursleden bij de ECB overvallen met zijn speech. Hij wierp zich op als redder van de euro, terwijl je je kunt afvragen of dat werkelijk zijn taak is. Is het uiteindelijk niet aan de politiek om dit project overeind te houden?

3) En nu komt dan de Française Lagarde met de Transmission Protection Instrument (TPI). Dat is bedoeld als een soort tegenweer tegen de normalisering van het rentebeleid. Nu de ECB is gestopt met de massale aankoop van staatsleningen (overigens worden aflopende staatsleningen nog steeds vervangen door de ECB) stijgen de rentes op de staatsschulden van eurolanden. Daarnaast wordt de beleidsrente verhoogd, wat ook tot stijgende marktrentes leidt. De stimuleringsmachine van de centrale bank draait op lagere toeren. En tja, dan moeten landen weer op eigen benen staan. Dat kan een land als Italië in de problemen brengen. Als dat gebeurt, schiet de ECB weer te hulp door gericht Italiaanse staatsleningen op te kopen.

Inderdaad: houdt het dan nooit op?

Nee, blijkbaar niet. Als de ECB een 'ongerechtvaardigde' stijging van de marktrente stijgt, grijpt ze in. Wat ongerechtvaardigd is, blijft een mysterie. Hoe de centrale bankiers dat kunnen inschatten ook. Blijkbaar denkt de ECB in staat te zijn in de marktwerking van handel in Italiaans staatspapier precies te kunnen zien wanneer beleggers gelijk hebben en wanneer niet. Als dat nodig is, kan de ECB ongelimiteerd inspringen, zo beloofde Lagarde donderdag. In de algemene stimuleringsprogramma (want naast SMP en OMT waren er ook nog algemene aankoopprogramma's in het kader van eurocrisis en coronacrisis) was de aankoop nog gelimiteerd tot 1/3e van de staasschuld van een land. Die limiet geldt bij de TPI niet. In theorie zou de ECB de hele Italiaanse schuld kunnen opkopen.

Ik begrijp niet dat Lagarde deze waanzin er doorheen heeft gekregen bij haar bestuur. Unaniem stemde de bestuurders hiermee in, ook onze Klaas Knot. De ECB is in 2010 begonnen een steeds politiekere rol te gaan spelen en blijft dat volhouden. Landen als Italië, die al sinds de start van de euro, de regels aan hun laars lappen wordt voortdurend de hand boven het hoofd gehouden. Als het dikke crisis is, kan ik me er nog íets bij voorstellen. Maar die crisis is er nu niet. In plaats van het erop aan te laten komen en de regeringsleiders onder druk te zetten belooft de ECB nu al op voorhand alle rommel weer te zullen opruimen. De chaoten in Italië mogen gewoon hun gang blijven gaan.

Natuurlijk zal Knot zeggen: ja maar, er zijn allerlei voorwaarden. Voor het TPI moet een land zich wel aan de regels houden. Het land mag niet in een tekortprocedure zitten vanwege een te hoog begrotingstekort, een land moet zich aan de economische hervormingsafspraken houden en een land moet een houdbare staatsschuld hebben. Allemaal tot je dienst. Maar het is de Europese Commissie die dat bepaalt en daar steeds heel politieke afwegingen in maakt. Brussel kijkt vaak door de vingers en staat oogluikend toe als een groot land zich niet helemaal aan de regels houdt. En een houdbare schuld is een lachertje: want wie zorgt ervoor dat zelfs die bizarre schuld van Italië houdbaar is? Inderdaad, de ECB, door kunstmatig de rente laag te houden. Dan blijft zelfs de Italiaanse staatsschuld op papier houdbaar.

Vermogensongelijkheid

De geest van Thomas Piketty waart nog altijd rond in Den Haag. Hij was acht jaar geleden op bezoek in de Tweede Kamer, maar zijn ideeën zijn blijven hangen. In tal van verkiezingsprogramma's was het anders belasten van vermogen een thema. In het regeerakkoord kwam er nog weinig van terecht. Maar de door de rechter afgedwongen compensatie van spaarders in box 3 heeft de discussie weer opengegooid. Het kabinet moet een nieuwe vermogensbelasting optuigen en dat is een gelegenheid toch weer over de vermogensverdeling na te denken.

Nederland heeft van ouds een beperkte inkomensongelijkheid. Maar rapport na rapport toonde aan dat de vermogens in Nederland wél ongelijk verdeeld zijn. In opdracht van het kabinet ging een groep ambtenaren hiermee aan de slag, onder leiding van Laura van Geest, oud-topambtenaar op Financiën, oud-directeur van het Centraal Planbureau en huidig voorzitter van de Autoriteit Financiële Markten. In het onlangs verschenen rapport Licht uit, spot aan: de vermogensverdeling zet zij de feiten op een rij en komt met een trits suggesties voor ander beleid. Dit is een zogeheten IBO-rapport, dat staat voor Interdepartementaal Beleidsonderzoek. Er zijn stapels van die IBO-rapporten. Die vormen heel vaak de basis van toekomstig beleid en zijn dus heel invloedrijk.

Links zie je hoe in Nederland vermogen is opgebouwd. De massa gaat dus via (verplicht) opgebouwd pensioen en via het eigen huis. Rechts zie je de verdeling. Het typisch Nederlandse is dat een klein deel van de bevolking een groot deel van het vermogen bezit. De top 10 rijkste Nederlanders bezit 61% van het vermogen. De top 1% rijkste Nederlanders heeft 26% van het vermogen. Als je het over ongelijkheid hebt, heb je het dus over deze groepen.

Wat Van Geest inzichtelijk maakt is hoe die top 10%, die top 1% en de rest van de bevolking van elkaar verschillen. De top 10% heeft 63% van het box 3-vermogen (spaar en beleggen) in bezit. De vermogens in eigen huizen is veel gelijker verdeeld. En de top 1% rijkste Nederlanders heeft vooral veel vermogen opgebouwd in box 2, de box voor BV's. Dat zijn ondernemers, maar niet alleen de gewone bedrijven maar ook alle advocaten, directeuren, fiscalisten en andere super-zzp'ers die zichzelf via een BV verhuren. Zij bouwen vermogens op in box 2, tegen een gunstig fiscaal tarief. (Opvallend genoeg is pensioen in deze tabel verdwenen. Van Geest zegt wel iets over de verdeling van pensioenvermogen, maar in de tabel over ongelijkheid komt die niet voor.)

Wat mij betreft zijn er twee relevante vragen in het kader van belasten van vermogen:

  1. hoe problematisch is de vermogensongelijkheid?

  2. worden inkomens en vermogens gelijk belast of worden bepaalde vormen fiscaal bevoordeeld?

Met vraag 2 ben je eigenlijk snel klaar. Inderdaad, het maakt nogal uit in welke vorm je vermogen opbouwt en of je inkomen uit arbeid of inkomen uit vermogen hebt. De BV in box 2 wordt soepeler behandeld dan je spaargeld in box 3. En wie vermogen opbouwt in zijn eigen huis (box 1) wordt dankzij de hypotheekrenteaftrek bevoordeeld boven mensen die hetzelfde bedrag in box 3 bij elkaar proberen te sparen. Die verschillen lokken fiscaal gedreven gedrag uit en dat vinden economen en fiscalisten ongewenst. Want dat is inefficiënt. Daarbij: als BV's in box 2 of eigen huizen in box 1 belastingvoordelen krijgen, moet iemand die ophoesten. Het gevolg kan zijn dat de inkomstenbelasting (belasting op arbeid) daardoor hoger is dan je zou willen. Daarom is een discussie over verschuiving van belasting op arbeid naar belasting op vermogen zinvol. Politiek ligt dit ook goed. Werken moet immers lonen. Dan speelt ook een rechtvaardigheidsargument een rol: waarom zou een werknemers in box 1 meer belasting betalen dan iemand die zichzelf verhuurt met zijn BV in box 2?

Met vraag 1 ben ik nog niet zo snel klaar. Dat gaat niet primair over inefficiënte (of oneerlijke) belasting, maar over de vraag of een bepaalde mate van ongelijkheid al dan niet ongewenst is. (Overigens heeft dit samenhang met vraag 2: als je BV's in box 2 lager belast, help je die rijken om rijker te worden.) Het is een heel basale vraag die door Van Geest mijns inziens nogal summier wordt beantwoord. En vaak ook wordt naar 'de literatuur' gegrepen. Maar de vraag is vrij concreet: wat is er in Nederland erg aan dat John de Mol miljardair is en een stratenmaker niet? Fiscale bevoordeling is niet goed, prima, maar is de ongelijkheid an sich ook verkeerd?

Dit zegt Van Geest in het rapport:

"Uit de literatuur komt naar voren dat een te grote vermogensongelijkheid negatieve effecten heeft op de economie en de maatschappij als geheel. Een te hoge concentratie van vermogen bij een kleine groep huishoudens kan leiden tot economische en politieke macht."

En:

"In theorie zou de vermogensconcentratie ingezet kunnen worden voor productieve investeringen met als gevolg een positief effect op de economie. De literatuur wijst echter met name op het omgekeerde: vermogensconcentratie leidt tot onderconsumptie, onderinvesteringen en marktmacht van bepaalde bedrijven en daarmee uiteindelijk tot minder economische groei. Een grote vermogensconcentratie leidt in dat geval tot verrijking van private belangen die niet persé bijdragen aan het maatschappelijk belang. Ook kan vermogensconcentratie bij een kleine groep huishoudens leiden tot onevenredige invloed van deze groep op publieke opinie en politieke besluitvorming. De impact van de vermogensverdeling op democratische instituties is echter moeilijker vast te stellen dan de sociaaleconomische gevolgen van de vermogensverdeling."

Dit leunt sterk aan tegen de argumenten van Piketty (vind je zijn boeken te dik, dan zijn er handige samenvattingen ;-). Hij stelt dat in Amerika politieke invloed gekocht kan worden door de rijkste toplaag van de Amerikaanse samenleving. Dat zie je in dat land ook gebeuren. Maar ook Piketty stelt dat dat in Europa niet het geval is, of tenminste nog niet. In Nederland kun je proberen te grote vermogens tegen te gaan, maar je kunt ook politieke of economische machtsvorming tegengaan. Zoals streng blijven op financiering van politieke partijen.

Het punt is: het klinkt lekker om tegen vermogensongelijkheid te zijn. Maar op basis van welk argument? Gaat de politiek nu aan de slag met ongelijke verdeling van geld óf met ongelijke belastingdruk? Dat maakt nogal wat uit. Als we iets willen doen aan vermogensongelijkheid gaan we dan om die reden fiscale ondersteuning van pensioenopbouw en het eigen huis afbreken? Gaan we gewone ondernemers zwaarder belasten in box 2 en bij bedrijfsoverdracht? Op wie richten we ons eigenlijk als we iets aan de vermogens willen doen? Op de top 65%, de top 10% of de top 1%? Laten we dat afhangen van de ict-beperkingen van de fiscus? Dus gaat het eigenwoningforfait omhoog omdat de Belastingdienst dat aankan en gaan we geen nieuwe box 3 maken omdat de Belastingdienst dat niet aan kan?

Bij de politieke discussie over de vermogensongelijkheid lijkt het me goed deze uitspraak in het rapport voor ogen te houden:

"Een optimaal getal voor vermogen of de vermogensverdeling valt economisch niet te geven en moreel te betwisten."

Wat de optimale vermogensverdeling is en wanneer ongelijkheid niet goed te praten is, is niet eenduidig aan te geven. Daar zal de politiek toch een antwoord op moeten geven. Liefst met sterke argumenten.

Song of the week - Mario Draghi stapt op als premier

Podcast

Pas op met het blind zwaarder belasten van vermogen, zeg ik in de podcast naar aanleiding van een recent verschenen onderzoek waaruit blijkt dat de welvaart in ons land niet eerlijk verdeeld is. De tien procent rijkste Nederlanders heeft maar liefst 61 procent van het totale vermogen in handen. Moet de eigen woning belast worden om deze verschillen te verkleinen, zoals de onderzoekscommissie adviseert? En hoe ongewenst is die kloof tussen arm en rijk eigenlijk? Dat bespreken Herman Stam en ik in een nieuwe afleveringvan de podcast Kwestie van Centen. Ook op Spotify en iTunes.

Wil je mij als spreker?

Wil je mij ook boeken als spreker, panellid of columnist? Bekijk mijn profiel bij Speakers Academy of mail naar [email protected]. Of zoek contact met Sprekershuys, lees hier mijn profiel.

Reply

or to participate.