• Achter de cijfers
  • Posts
  • Achter de cijfers - Editie #135: over snel stijgende prijzen, de 'groene bekering' van ABP en de risico's van gratis geld

Achter de cijfers - Editie #135: over snel stijgende prijzen, de 'groene bekering' van ABP en de risico's van gratis geld

Het werd een beetje gênant. De laatste weken kreeg ik regelmatig te horen van mensen dat ze de nieuwsbrief zo graag lazen, maar ondertussen liet ik het week na week afweten. Maar die complimenten waren een goede stimulans om de draad weer op te pakken. Ik doe dit er ook maar bij en soms is het zoeken naar de tijd om de nieuwsbrief te maken.

Na een lekker herfstweekend op Texel zit ik weer volle nieuwe energie - wat is Nederland toch ontzettend mooi! - ga ik weer tegenaan: onderwerpen genoeg. Deze week ga ik in op de stijgende inflatie, een ontwikkeling waar nog veel meer over te zeggen is. Dus dat komt ongetwijfeld de komende weken vaker terug. Verder was de koerswending van pensioenfonds ABP interessant. Het fonds stapt uit alle fossiele beleggingen. Zijn ze daarmee 'groen' of juist niet?

Reacties zijn zoals altijd zeer welkom. Vind je de nieuwsbrief interessant, maak dan reclame bij je vrienden en collega's. Veel leesplezier!

Groene sier

Plotseling was de vriendschap over. Pensioenfonds ABP, met €522 miljard belegd vermogen veruit het grootste fonds van ons land, moet niks meer van Shell hebben. Tot deze week wat ABP nog 'een van de grootste vrienden' van Shell, aldus Mark van Baal van beleggerscollectief Follow This. Hij verzamelt al jaren steeds meer kritische aandeelhouders achter zich om Shell via klimaatresoluties te dwingen tot groener beleid. ABP stemde consequent niet met hem mee, maar steunde steeds de Shell-directie.

Maar nu is ABP-voorzitter Corien Wortmann ineens zo ontzettend geschrokken van allerlei recente klimaatrapporten dat ze prompt alle aandelen Shell van de hand gaat doen. ABP besloot om de fossiele beleggingen eruit te gooien, circa 3% van het totale belegde vermogen.

De link tussen die recente rapporten en dit besluit is niet duidelijk. Had het ABP-bestuur nóg een klimaatalarm nodig om te weten dat de slag naar duurzame energie moet worden gemaakt? Wat heeft het ABP dan met al die voorgaande klimaatrapporten gedaan? Het zette deze belegger er in ieder niet toe aan om met de klimaatresoluties mee te stemmen die in de aandeelhoudersvergadering van Shell werden ingebracht.

Een actieve pro-klimaat-aandeelhouder lijkt ABP in de afgelopen jaren niet te zijn geweest en toch stelt het fonds in zijn persbericht:

"ABP ziet onvoldoende kans om als aandeelhouder invloed op hen uit te oefenen en ze de overstap te laten maken naar duurzame energie."

Dat is opmerkelijk, want beleggerscollectief Follow This zag de steun voor de kritische houding tegenover Shell in de loop van vijf jaar enorm toenemen, zo legt voorman Van Baal in onze podcast uit. Eerder liet hij zich ook al kritisch uit over de rol van ABP. Die stemde steeds mee met de Shell-directie, terwijl kleinere pensioenfondsen de kooltjes uit het vuur haalden. In een interview met Follow the Money zei Van Baal daarover:

"Zij nemen wel de ongemakkelijke stap om voor onze resolutie te stemmen, waarna ze ’s avonds boze telefoontjes van Shell moeten beantwoorden. Dat ABP vervolgens goede sier maakt met de klimaatambities van Shell, terwijl anderen hun nek hebben uitgestoken, zorgt voor irritatie."

Schiet het klimaat iets op met de groene bekering van ABP? Dat is zeer de vraag. Alleen als je denkt dat de energietransitie ook zonder olie- en gasbedrijven als Shell mogelijk is, is dit zinvol. Maar veel experts denken dat je Shell juist nodig hebt. Dan is een kritische massa in de aandeelhoudersvergadering broodnodig. Terwijl nu de kans groot is dat anderen ABP volgen en dat die aandelen worden gekocht door hedgefondsen die Shell helemaal niet zullen dwingen tot een groenere koers.

Oud-ABP-bestuurder Jac Kragt schreef onlangs in NRC Handelsblad:

"Beleggers die om milieuredenen van hun aandelen in de fossiele industrie af willen, verkopen op die manier hun belang deels aan het bedrijf zelf en deels aan aandelenbeleggers voor wie het milieu geen overweging is. En zo verandert er door het wisselen van aandeelhouders niets aan het milieubeleid van zo’n bedrijf."

Prijzen stijgen

De vergadering van de Europese Centrale Bank was maar over drie dingen gegaan, zei president Christine Lagarde deze week: "Inflatie, inflatie, inflatie." Alle reden ook, want de inflatie is hoog en blijft langer hoog dan verwacht. Steeds hadden Lagarde en andere economen sussende woorden gesproken. Die plotse prijsstijgen waren een tijdelijk gevolg van het herstel na de coronacrisis. We gingen met z'n allen zo massaal weer gewoon leven en dus spullen kopen dat er een schaarste is ontstaan aan tal van grondstoffen.

Maar hoe tijdelijk is dat effect eigenlijk? Daarover beginnen nu de meningen uiteen te lopen. Volgens Lagarde draaide het in het ECB-beraad weliswaar alleen maar om inflatie, maar toch was die nog steeds geen reden tot zorg. Het leverde haar een cynisch commentaar op van oud-ABN Amro-hoofdeconoom Han de Jong in zijn wekelijkse blog:

"Feit is dat de doelstelling van de ECB het bereiken en handhaven van prijsstabiliteit is. Feit is ook dat de inflatie nu boven de doelstelling ligt. Het belangrijkste feit is dat de inflatie veel meer is opgelopen en veel langer hoger blijft dan de ECB een paar maanden geleden voorspelde. Met andere woorden, de ECB weet er gewoon niets van. Niet dat ik het allemaal zo goed weet, maar ik ga na zo’n miskleun niet met een zelfverzekerde uitstraling prediken wat er vervolgens gaat gebeuren. En dat doet de ECB bij monde van mevrouw Lagarde wel. Ze slaat daar op de persconferenties ook nog eens de toon van een kleuterjuf bij aan die ten opzichte van haar leerlingen uiteraard nagenoeg alwetend is. Vreselijk!"

Als de stijgende prijzen aan de pomp en in de supermarkt voor steeds meer mensen een probleem is, kun je geen sussende woorden spreken en doen alsof er niks aan de hand is. Of, waar De Jong zich aan ergert, doen alsof je het allemaal in de hand hebt en precies weet hoe het zit. Klaas Knot, de Nederlandse bestuurder in de ECB, zei onlangs juist:

"Er is meer in het inflatieproces dat we niet begrijpen dan dat we wel begrijpen."

De inflatie in de eurozone (blauwe lijn) is de vorige maand uitgekomen op 4,1%, die in Nederland op 3,8%. In crisistijd bereikte de inflatie ook wel eens dergelijke hoogten. Maar nu is het geen crisis meer en de prognose was dat het minder hard zou en minder lang zou aanhouden. Nu is de vraag: waar houdt dit op?

Discussies over de inflatie klinken altijd heel abstract. Zeker als centrale bankiers erover beginnen. Maar de impact is heel concreet. Als de prijzen harder stijgen dan verwacht en die stijging langer aanhoudt, staat de koopkracht onder druk. Daar zullen werknemers van balen, want hun loonstijging houdt de inflatie dan niet bij.

En het is een hard gelag voor gepensioneerden die al jarenlang hun pensioen niet zagen stijgen. Veel pensioenfondsen hebben tijdenlang niet geïndexeerd, waardoor er een steeds groter koopkrachtgat is ontstaan. Gepensioneerden bij fondsen die sinds de eurocrisis niet hebben geïndexeerd hadden al een koopkrachtverlies op hun aanvullend pensioen van 20%. Nu de inflatie zo hoog, is loopt dat rap verder op.

Prijzen stijgen...en nu?

Terwijl Christine Lagarde van de ECB stoïcijns blijft, heeft Klaas Knot van De Nederlandsche Bank al alarmerende scenario's gepubliceerd. Ook hij gaat er in het basisscenario vanuit dat de forse prijsstijgingen tijdelijk zijn en dat dat volgend jaar weer wegebt. Maar zeker weten doen we het niet, is zijn boodschap, en dus zijn er ook andere mogelijkheden.

In het eerste scenario wordt alles snel weer normaal. De economie is snel op stoom gekomen na de coronacrisis en dat leidt tijdelijke tot ' een stijging van energieprijzen, hogere grondstofprijzen en knelpunten in productieketens'. Over een tijdje is dit effect weer weg.

Het tweede scenario klinkt ook nog niet zo rampzalig. Want dan gaat de inflatie sneller dan verwacht richting de ECB-doelstelling van 2%. Maar het kan wel een tijd langer tot hogere prijsstijgingen leiden dan steeds was aangenomen. Hier zijn de stimuleringspakketten van overheden en van de centrale banken debet aan:

"Wanneer het bbp boven het potentiële niveau uitkomt, zou de inflatie ook sneller kunnen aantrekken. Als dit relatief snel gebeurt en nog onvoldoende gereflecteerd is in marktverwachtingen, dan kan dit gepaard gaan met schokeffecten."

In het derde scenario gaat het echt mis:

"Als zich een structurele verschuiving in de economische ontwikkelingen voordoet, bestaat het risico dat de inflatie voor langere tijd boven de doelstelling van 2% uitkomt. Dit zou vooral kunnen ontstaan als zich een loon-prijs spiraal ontwikkelt."

Hier zit de echte zorg. Als iedereen er rekening mee houdt dat de inflatie lang hoog blijft, gaat men hun gedrag aanpassen hieraan. Daar kijken centrale bankiers vooral naar: de inflatieverwachtingen. Misschien is die nog wel belangrijker dan de inflatie zelf. Want als we met z'n allen hoge inflatie verwachten, dan kan dat een selffulfilling prophecy worden.

Vakbonden zullen dan hogere lonen eisen. Als werkgevers daarin meegaan, stijgen de loonkosten van bedrijven en die vertalen dat weer in...hogere prijzen. Dat is weer reden voor vakbonden om hogere lonen te eisen. Enzovoort. Een eerste aanwijzing hiervoor is de looneis van de FNV. Normaliter eist de bond een bepaald percentage - de laatste jaren 5%. Nu haalt de FNV een heel oud instrument van stal, namelijk de automatische prijscompensatie. Dan wordt in de cao vastgelegd dat de lonen automatisch met de inflatie worden verhoogd, plus een extra bedrag of percentage dat de vakbonden hebben uitonderhandeld.

Zo'n automatische prijscompensatie is niet voor niets in de jaren tachtig afgeschaft, want die kan voor zo'n loon-prijsspiraal zorgen. Dan zit er geen rem meer op lonen en prijzen, die blijven achter elkaars staart aan rennen. Voorlopig zie ik nog niet gebeuren dat werkgevers deze wens van de FNV inwilligen, maar het is wel tekenend dat de bond er mee komt. Blijkbaar is de inflatie zo'n grote zorg voor de vakbonden dat ze hier nu mee komen.

Als geld gratis is...

Als je Sweder van Wijnbergen - eminent econoom én mopperkont - ’s nachts uit zijn bed belt, is vermoedelijk het eerste wat hij zegt iets lelijks over Wouter Bos. Dat hij zo dom is, zo’n sukkel. En dat hij er een teringzooi van heeft gemaakt.

Sorry voor het taalgebruik. Het zijn niet mijn woorden hè?

In bijna elke bijdrage voor radio of krant verwijst Van Wijnbergen naar de tijd dat Bos minister van Financiën was. En hoe ongelofelijk stom het was dat hij het begrotingsoverschot van 1% in één jaar tijd liet omslaan in een begrotingstekort van 6%. Hij verkwanselde in een klap alle financiële ruimte die in de jaren daarvoor was opgebouwd, meent Van Wijnbergen. Vermoedelijk zegt hij er nog ‘prutser’ achteraan, hangt dan de telefoon op en gaat weer slapen.

Waarom vertel ik dit?

Omdat deze kritiek – even afgezien van de vraag of die terecht is, ik denk het niet – omdat deze kritiek een moment in de politieke historie belicht die we nogal eens lijken te vergeten. Veel economen hebben juist de tegenovergestelde kritiek op het financiële beleid na de kredietcrisis. En dat heeft zich genesteld in ons collectieve geheugen: dat we na de kredietcrisis alleen maar als een malle zijn gaan bezuinigen. En dat we de coronacrisis zoveel beter hebben aangepakt.

Dat klopt dus niet. Dat beeld ligt genuanceerder dan nogal eens in de analyses en ingezonden stukken terugkomt.

Bij het uitbreken van de bankencrisis in 2008 spraken de Europese landen onderling af dat ze de begrotingsteugels zouden laten vieren om op die manier de economie niet onnodig af te knijpen, maar die juist te ondersteunen. Expansief begrotingsbeleid moest ervoor zorgen dat een deel van de klap door de overheid werd opgevangen. Dat leidde er in Nederland inderdaad toe dat een overschot op de begroting omsloeg in een tekort. Overigens niet van +1 naar -6, maar van +0,2 naar -5,1%.

Ik zat toen in Brussel. En ik weet ook nog heel goed dat sommige ministers van Financiën, waaronder Wouter Bos, dat politiek gezien best spannend vonden. Want de Europese landen lapten massaal de begrotingsregels aan hun laars. Nagenoeg iedereen kwam toen formeel in de verboden zones van het stabiliteits- en groeipact terecht. Dat was dus een bewuste keuze. Maar Bos vroeg zich toen al wel af hoe je daarna ooit nog terug kon keren naar die gezamenlijke regels. Economisch gezien was dit verstandig, maar zou je de politiek daarna wel weer in het gareel krijgen? Dat bleek inderdaad heel moeilijk. Eén blik op de staatsschuldstatistieken van eurolanden zegt voldoende.

Het economendebat over bezuinigen of juist uitgeven is nogal zwart wit geweest de laatste jaren. Tja, u nodigt iemand van de Telegraaf uit, dan krijgt u een genuanceerd verhaal.

Tijdens de eurocrisis is zogezegd fout op fout gestapeld en bij de aanpak van de coronacrisis is juist alles goed gegaan. Tal van economen halen opgelucht adem nu de huidige politiek in de spendeer-stand staat. Geld is immers gratis, the sky is the limit.

Naar mijn idee is dat een riskante analyse én ik denk dat het verleden hier geweld aan wordt gedaan.

Over dat verleden zei ik al het een en ander. Bij het begin van de crisis werd er dus wel degelijk gestimuleerd vanuit de overheden. Je zag de begrotingstekorten en staatsschulden dan net zo goed oplopen als bij de huidige crisis. Alleen kwam daar na twee jaar een einde aan. En dat was niet voor niks.

Twee redenen:

a) er was een politiek belang om te proberen de oorspronkelijke begrotingsdiscipline weer op te brengen. Misschien dat een econoom daar geen boodschap aan heeft. Maar economische adviezen hangen toch niet in het luchtledige? De politieke context is wel degelijk van belang. Langjarig de regels uitschakelen vond men politiek gezien spannend en onwenselijk. Op zichzelf een begrijpelijke reflex.

En b) er was een schuldencrisis gaande. De rentes van tal van eurolanden schoten omhoog. Er was paniek op de financiële markten. Zelfs minister Jan Kees de Jager er niet zeker van dat Nederland uit de gevarenzone zou zijn en blijven. Dat is nu bijna niet meer voorstelbaar, die paniek van toen lijkt nu overdreven, maar die werd in Haagse kringen wel degelijk zo beleefd.

Dan naar het heden. Blijkbaar is deze keer alles goed gedaan. Maar het was deze keer ook wel gemakkelijker. Er moest niet zomaar wat gestimuleerd worden vanuit de overheid. Er lag een concrete en voor de hand liggende vraag om steun. Die steun je zien als stimulering van de economie. Maar de facto was die steun compensatie voor het feit dat complete branches van overheidswege werden gesloten. En daarnaast tuigde het kabinet een soort deeltijd-WW op, alleen noemden we dat deze keer de NOW. Via loonsteun hield het kabinet de werkgelegenheid op de been.

Vooraf zei minister Wopke Hoekstra dat hij ‘diepe zakken’ had. Daarbij werd al snel voorgerekend dat die zakken de diepte hadden van zo’n 90 miljard euro, het verschik tussen de staatsschuld op dat moment en de Europese norm van 60% van het bbp. De steun was ruimhartig, maar de diepe zakken werden lang niet leeggehaald. De teller blijft onder de 80 miljard steken en daar is voor het gemak al het geld voor zorg en ggd’s en uitgestelde belasting bij opgeteld. De instrumenten waren bij deze crisis totaal anders, maar deed de politiek in procenten bbp zoveel anders dan tijdens de vorige crisis?

Wat in het kritische economendebat ook wel eens vergeten wordt, is de startpositie die Nederland deze keer had. Die diepe zakken van Hoekstra kwamen niet uit de lucht vallen. Die had hij dankzíj het strikte begrotingsbeleid dat in de latere jaren van de vorige crisis was gehanteerd. Je kunt best kritiek hebben op het tempo en de omvang waarmee De Jager en daarna Jeroen Dijsselbloem bezuinigden en lasten verzwaarden, maar van het eindresultaat is nu wel geprofiteerd. Hoe zouden de overheidsfinanciën eruit hebben gezien als bij de vorige crisis ook na die eerste twee jaar de sluizen open waren blijven staan?

Dat dat relevant is, blijkt wel aan de toestand in een reeks andere eurolanden. Waarom was dat Europese herstelfonds anders nodig? Was dat niet omdat Zuid-Europese landen in de eurocrisis géén schoon schip maakten en dus een belabberde uitgangspositie hadden om de volgende crisis het hoofd te kunnen bieden? Dat dat fonds nodig was, toont toch juist aan dat andere landen misschien een beetje meer zoals Nederland hadden moeten zijn?

En dan nu?

Nu is de economenanalyse doorgekomen in politiek Den Haag. Luid en duidelijk zelfs. Zoveel economen hebben nu al zo vaak geroepen dat de staatsschuld in Nederland GEEN ENKEL PROBLEEM is dat niemand in de politiek er nog aan denkt ook maar een beetje op de overheidsfinanciën te letten. Daarbij is het geld ook nog eens gratis – overigens nog een cruciaal verschil met de vorige crisis.

Let maar op: als het lukt om de boel in Den Haag aan elkaar te plakken en alsnog een kabinet te vormen dan is geld de lijm. Let maar op: hoeveel er GEÏNVESTEERD gaat worden. Er is geld als water, alarmbellen zullen niet snel afgaan en dat zal de politieke besluitvorming danig beïnvloeden. En dat is riskant. Als er geen schaarste is, is er ook geen noodzaak om prioriteiten te stellen. Dan is elke politieke wens een diepte-investering in economie en maatschappij.

Ik voorzie echt niet meteen een exploderende en dus onhoudbare staatsschuld. Zo’n vaart zal het niet meteen lopen. Maar of de komende jaren elke overheidseuro even doelmatig zal worden besteed? Ik waag het te betwijfelen.

De incidentele 8 miljard die het onderwijs moet zien te verstouwen, binnen twee jaar, is al een voorbode hiervan. De lawine aan miljardensubsidies die het demissionaire kabinet uittrekt voor het klimaat is er nog zo één. En wie bewaakt de houdbaarheid van de toekomstige zorguitgaven? Niemand toch? Liever breiden we de ic-capaciteit uit, we hebben toch geld genoeg.

Uiteindelijk komt dan alsnog de politieke rekening. Nee, we hoeven de corona-nota van 80 miljard niet in een jaar terug te betalen. Die hogere staatsschuld kunnen we makkelijk aan. Maar als een komend kabinet á la Olivier B. Bommel denkt: geld speelt geen rol, dan komt in een volgende periode onherroepelijk het moment van bezinning. Dan komt onherroepelijk alsnog de roep om de teugels aan te halen. Ik ben heel benieuwd of we dan nog steeds zullen zeggen dat we deze crisis financieel zoveel beter hebben aangepakt dan de vorige.

Zullen we Sweder van Wijnbergen tegen die tijd dan nog één keertje uit zijn bed bellen?

(Mijn bijdrage tijdens het Miljoenennotagesprek van economenvereniging KVS, 23 september 2021. De avond is hier terug te zien.)

Song of the week-Nieuwe coronamaatregelen op komst

Podcast

Een van de grootste pensioenfondsen ter wereld stopt met investeren in olie en gas. Wie denkt dat het klimaat daarmee is geholpen komt bedrogen uit, zegt Martin Visser in de podcast Kwestie van Centen. Ook Mark van Baal, voorman van beleggerscollectief Follow This, is kritisch, laat hij weten tijdens het gesprek met Herman Stam, Dave Krajenbrink en Visser. Van Baal bewijst dat je van binnenuit als actieve aandeelhouder veel meer invloed kunt uitoefenen op het groene beleid van Shell. De plotselinge koerswijziging roept veel vragen op, want moet de leraar zich zorgen maken over zijn pensioen? Luister de podcast hier. Ook op Spotify en iTunes.

Wil je mij als spreker?

Onlangs gaf ik een presentatie voor ondernemers in Flevoland, op een event georganiseerd door regionale ontwikkelingsmaatschappij Horizon. Komende week praat ik ondernemers in Schagen bij over de stand van de economie en de politieke agenda van een nieuw kabinet. Later in de maand blik ik met bestuurders in de voedingsindustrie en retail vooruit op Rutte IV.

Wil je mij ook boeken als spreker, panellid of columnist? Bekijk mijn profiel bij Speakers Academy of mail naar [email protected]

Reply

or to participate.